De adviezen van dierenartsen, paraveterinairen en fokkers worden doorgaans serieus genomen, ook als het gaat om gedrag en opvoeding. Zij zijn hier echter niet voor opgeleid en worden ook niet bijgeschoold, met als gevolg dat er  veelvuldig achterhaalde adviezen gegeven worden aan eigenaren. Herken je ze? Hier 10 voorbeelden.

1. Uw pup plast in huis? “Als u hem met zijn neus er doorheen haalt, dan leert hij het wel af”.

Huidige inzichten: de meeste pups worden gewoon zindelijk als ze de kans krijgen steeds verder buiten hun slaap en leefomgeving, (dus buiten), te poepen en plassen. Het is een kwestie van de pup zo snel mogelijk na het slapen, spelen en eten even naar buiten te laten. (pups plassen bij voorkeur op een zachte ondergrond en verkiezen dus uw kleed boven laminaat, en gras boven tegels.)

Zou u boos worden en zijn neus erdoor heen halen dan begrijpt hij daar niets van, en bestaat de kans dat hij plassen associeert met een boze eigenaar, hierdoor kan het gebeuren dat hij niet meer durft te plassen in de nabijheid van zijn eigenaar. Het is van zeer groot belang dat de pup zijn eigenaar leert te vertrouwen.

2. Als uw hond schrokt, dan kunt u het beste de voerbak wegtrekken, zodat hij rustiger gaat eten.

Huidige inzichten: van vroeger uit is eten schaars dus….. snel eten voordat een ander het pakt! Schrokken is dus eigenlijk normaal. Steeds de voerbak wegtrekken veroorzaakt dus… schrokken!

Meestal is het voldoende om de hond vaker kleinere maaltijden te geven, en in alle rust te laten eten (dus niet in een drukke keuken). Als uw hond echt zo erg schrokt dat hij zich steeds verslikt en kokhalst, kunt u het volgende proberen: een ander type voer (vers i.p.v. brok of andersom), het eten verspreiden over een grotere oppervlakte of laten zoeken in een snuffelmat of likmat. Anti-schrokbakken kan ook helpen maar wil niet altijd het effect bezorgen kan ook averechts werken.

3. Uw puppy bijt hard in uw handen: dan kunt u hem corrigeren door hem een tik te geven of in zijn nek knijpen.

Huidige inzichten: Pups verkennen met hun bekkie: dit is eetbaar en dat niet, en al spelend verkennen ze ook elkaar. Bijt uw hond te hard dan kunt u door “auw” te roepen aangeven dat u het niet prettig vind, tegelijkertijd stopt u met het aaien of spel. Vervolgens geeft u de pup iets waarin hij wel mag en kan bijten: een speeltje, flos of een lekkere kluif. Veel pups gaan hard bijten en druk doen als ze moe of overprikkeld zijn. Vooral aan het einde van de middag/begin van de avond zitten veel pups aan hun taks. Let dus op subtiele signalen van overprikkeling, zoals wilder worden, en breng hem dan naar bed in zijn bench of plaats- achter een puppyhekje. Pups hebben veel slaap nodig, ook overdag.

4. Het is verstandig om uw pup regelmatig op de rug te leggen totdat hij zich volledig overgeeft. Hij leert dan dat u de baas bent.

Huidige inzichten: honden dwingen elkaar niet op de rug, en al helemaal niet om de baas te zijn. Wanneer een hond in een spannende situatie op de rug gaat liggen met de staart ingetrokken, is hij te bang en durft niet meer te communiceren. Pas als het gevaar geweken is, durft hij weer op te staan. Het enige wat hij zal leren van een eigenaar die hem op de rug dwingt, is dat deze volledig onvoorspelbaar en onbetrouwbaar is. Dat is geen goede basis voor een fijne relatie. Sterker nog dergelijke honden vertonen aantoonbaar meer angst en/of agressie. Wilt u een relatie die gebaseerd is op angst of op vertrouwen.

5. Als uw hond bang is dan mag u hem niet troosten, daarmee bevestigt u zijn angst.

Huidige inzichten: angst, als emotie, kunt u niet belonen en dus ook niet bevestigen. Het is echter wel belangrijk er voor uw hond te zijn als hij bang is. Steunen is dus juist prima.  Als uw hond een beetje onzeker reageert op iets of iemand, dan doet uw gedrag (emotie) er wel degelijk toe. Stel, u richt extra veel aandacht op dat “engs” dan kan dit bevestigend werken. Doe dus vrolijk en relaxt, leg er niet te veel nadruk op, dwing uw hond tot niets en houd genoeg afstand als dat kan. Maar wees er absoluut voor hem als hij het moeilijk heeft, zoals bij schrik van harde geluiden of van iets of iemand en voorkom dat hij kan vluchten, een ongeluk krijgt of zoekraakt, u bent zijn steun en toeverlaat en zijn voorbeeld.

6. Als u hond tegen u gromt, dan moet u hem hard straffen, anders wordt hij de baas.

Huidige inzichten: Er kunnen legio redenen zijn waarom een hond gromt. Maar wees blij dat uw hond communiceert! Grommen betekend meestal: houd alsjeblieft afstand, ik vind dit niet prettig. Het heeft niets te maken met de baas willen zijn, maar met onveilig gevoelen, of een bepaalde bron/plek belangrijk vinden. Wanneer u dat bestraft zal hij dat niet begrijpen, juist nog meer op zijn tenen gaan lopen, maar het misschien niet meer durven te uiten. En juist dat leidt vaak tot(extra) angst en agressie. Zoek dus goed uit in welke situaties uw hond gromt, en kijk of u deze kan voorkomen. Wanner een hond gromt bij aanraking of spel (met u of andere honden) sluit pijn dan uit, erg veel honden lopen ongemerkt rond met pijnlijke gewrichten of buik, rug, oor of kiespijn.

7. U moet het eten van uw hond kunnen afpakken; als hij bij de voerbak of zijn kluif gromt of zijn tanden laat zien, betekend dat hij geen respect voor u heeft. De rang lagere hoort zijn eten af te staan aan een rang hogere.

Huidige inzichten: men vergelijkt de hond graag met de wolf, maar zelfs wolven gunnen elkaar hun eten. Honden leven al heel lang niet meer als wolven, door zich op te houden bij mensen konden ze zich voeden met afval of wat hun gevoerd werd. Het is absoluut normaal om je eten of kluif te verdedigen. Net zoals wij het absurd zouden vinden als een ander ons bord weghaalt als we net berehonger hebben. Maar net zoals bij ons, de ene hond vindt zijn eten simpelweg belangrijker dan de andere. Hier kunnen ook medische redenen een oorzaak zijn, denk aan allergie, wormen of Giardia. Geef hem dus zijn eten of kluif op een plaats waar hij niet gestoord kan worden. Tegelijkertijd kunt u uw hond leren meer vertrouwen te krijgen in u, juist door een lege bak neer te zetten, en steeds iets eten toe te voegen. Zo leert hij dat uw aanwezigheid bij zijn bak juist fijn is.

8. De hond mag niet op de bank, daarmee verstoort u de rangorde, want hij kan zich hogergeplaatst voelen.

Huidige inzichten: honden zijn niet bezig met rangorde, zoals we vroeger dachten. Honden willen ook graag hoog (beter uitzicht, tochtvrij) en zacht liggen, en vinden het vaak gezellig om bij ons te liggen. Toch kan het gebeuren dat een hond gaat grommen als hij op de bank ligt, bijvoorbeeld omdat hij met rust gelaten wil worden. Het is daarom wel handig om hem te leren op welke plek hij mag liggen (bijvoorbeeld door daar zijn kleed te leggen), en hem op een leuke manier te leren er op commando af te gaan en dat te belonen. Wanneer er kleine kinderen in huis zijn, is het wel een overweging om de hond te leren niet op de bank te gaan. Kleine kinderen die steeds druk rondom de hond bewegen kunnen hem irriteren en dan bevindt hij zich ook nog op hoofdhoogte. Sommige honden lopen dan weg andere grommen en halen uit. Dat heeft niets met rangorde te maken maar puur met gebrek aan veiligheid en vertrouwen. Een rustige plek waar hij zich zelf kan terugtrekken is essentieel voor ieder hond.

9. Een blaffende of uitvallende hond moet u flink corrigeren, bv. Met een flinke ruk aan de lijn of met een slipketting, dan begrijpt hij dat het niet de bedoeling is.

Huidige uitzichten: het kan werken. Als de correctie onaangenaam is, kan het zo zijn dat hij stopt. Maar meestal werkt het averechts. Honden vallen uit of blaffen omdat ze in een onaangename emotie verkeren, zoals angst of frustratie. Een correctie verandert deze emotie niet ten goede. Sterker nog, de hond krijgt nog negatievere associaties, ook met u, degene die corrigeert. Het is essentieel uit te zoeken wat de reden is voor het gedrag van uw hond, alleen dan kunt u op de juiste manier hiermee leren omgaan.

10. Als uw hond voorop loopt of trekt aan de lijn, probeert hij de baas te zijn.

Huidige inzichten: een hond loopt voorop omdat hij harder wil lopen dan zijn eigenaar. Vooral jonge energieke honden willen graag hun ei kwijt, en de lijn belet hen. Dat heeft niets te maken met de baas zijn. Hoe korter de lijn, des te minder bewegingsruimte. Leer de hond op een leuke manier op u te letten en dat gedrag te belonen, en doe leuke dingen met hem; als zijn focus meer op u ligt, en hij zijn energie kwijt kan, zal hij minder geneigd zijn om te trekken.