Najagen
U kent waarschijnlijk allemaal de hond die achter iedere kat die hij tegen komt wil aangaan. Of denkt u eens aan de hond waar geen enkele fietser of hardloper voorbij kan gaan zonder dat de hond onmiddellijk in de startblokken staat om achter hen aan te rennen. Of de hond waarvoor eenden, vogels of zelfs opwaaiende blaadjes niet veilig zijn. Dan zijn er ook nog de honden die auto’s, scooters of andere vormen van verkeer najagen. Als u een hond heeft die het nodig vindt om alles en iedereen na te jagen, lees dan vooral verder. Ik ga u namelijk uitleggen hoe u ervoor kunt zorgen dat uw hond zijn jachtinstinct leert te bedwingen. Jagen is voor honden natuurlijk gedrag. Vroeger werden honden zelfs gebruikt om te helpen bij het jagen. Sommigen honden dreven de prooi op, terwijl andere de prooi zelf moest grijpen of het dier moesten zoeken nadat de jager het had neergeschoten. Omdat niet ieder ras even geschikt was voor het jagen, werden rassen vroeger beoordeeld op hun kwaliteiten bij de verschillende soorten jacht.
Met die kennis werden honden gefokt die voldeden aan de eisen die de jagers aan hen stelden. Tegenwoordig hebben wij gelukkig de honden niet meer nodig om aan ons voedsel te komen, het betekent echter niet dat de honden dus ook niet meer willen jagen. Hoe lang geleden het ook is dat honden in de jacht werden gebruikt; het zit nog honden nog altijd in de genen.
Najagen van dieren, mensen, verkeer: leer het uw hond af
Najagen is zelf-belonend gedrag, waardoor het niet gemakkelijk is om dit je hond af te leren. Deze training vergt een hoop geduld en zelfs wanneer uw hond het gedrag heeft afgeleerd, is het mogelijk dat hij weer terugvalt in zijn oude gedrag. Bij terugval zult u de training opnieuw moeten starten.
Zorg er voor dat uw hond niet de kans krijgt een succeservaring op te doen, waar hij vervolgens ook nog voor wordt beloond.
Houd hem daarom te allen tijde aangelijnd, zowel tijdens de training als tijdens het uitlaten. Daarbij wordt u aangeraden om dát waar uw hond graag op jaagt, ofwel de “prikkel”, zoveel mogelijk te vermijden tijdens het wandelen.
Om de training te laten slagen, zult u rekening moeten houden met de volgende basis regels:
– Maak tijdens de training gebruik van een beloning waar uw hond dol op is. Geef uw hond indien nodig iets minder voer om de beloning nog aantrekkelijker te maken.
– Begin met de training voordat de prikkel in beeld komt en niet als de prikkel al zichtbaar is.
– Beloon uw hond iedere keer als hij u tijdens het wandelen aankijkt, ook als u daar niet om vraagt. Hierdoor leert uw hond dat het hem iets oplevert wanneer hij contact met u zoekt. U zult zien dat hij steeds vaker contact met u zal zoeken en beter op u let.
– Zorg dat u alleen oefent wanneer u er zeker van bent dat uw hond niet te veel zal worden afgeleid door de omgeving. Zo bespaart u uzelf en uw hond een hoop frustratie.
Onze training in 6 stappen
De training bestaat uit 6 stappen. Neem de tijd om de stappen te oefenen en ga niet door naar een volgende stap, voordat uw hond een stap goed beheerst. Ga er hierbij van uit dat uw hond de stap 9 van de 10 keer goed uitvoert. Mocht er onverhoopt een terugval plaatsvinden, neem dan een paar stappen terug in de training.
Stap 1
Begin met de training in een omgeving waar de prikkel niet voorkomt. Lijn uw hond aan met een korte lijn, laat hem zien dat u iets lekkers heeft en geef hem een stukje. Zo zorgt u er voor dat u zijn aandacht heeft. Roep de naam van uw hond en geef hem direct de beloning. Oefen dit totdat uw hond u direct aankijkt wanneer u zijn naam roept. Als dit goed gaat dan roept u eerst zijn naam en voegt u er vervolgens het commando “kijk eens” aan toe. Beloon uw hond zodra hij u aankijkt. Probeer uw hond nu ook een beetje uit door het commando te geven op een moment dat voor hem onverwacht is, bijvoorbeeld als hij net van u wegkijkt.
Stap 2
Nu gaat u proberen om de aandacht van uw hond vast te houden. U doet dit door hem af en toe iets lekkers te geven, nadat u hem door middel van het commando “kijk eens” naar u heeft laten kijken. Zorg dat u uw hond steeds opnieuw iets lekkers geeft, voordat hij weer van u weg kijkt.
Stap 3
We gaan nu een oefening doen met de prikkel in de buurt. Hierbij is het belangrijk dat u de kritische afstand tot de prikkel bepaalt: dit is de afstand waarop uw hond de prikkel wel ziet maar tegelijkertijd toch nog zijn aandacht bij u kan houden. Probeer ook een juiste intensiteit van de prikkel te bepalen, bijvoorbeeld een stilstaande of rijdende fietser. Lijn uw hond aan met een korte lijn aan en loop met hem langs de prikkel waarbij u er voor zorgt dat u de kritische afstand niet overschrijdt. Het is belangrijk dat u steeds de aandacht van uw hond weet vast te houden en hem daarvoor veelvuldig beloont. Raakt u uw hond zijn aandacht kwijt of wil hij zijn aandacht helemaal niet aan u geven? Dan is de prikkel te sterk: vergroot daarom de afstand tot de prikkel of verander de intensiteit.
Stap 4
Als stap 3 goed gaat, verkleint u de afstand tot de prikkel steeds iets. Maak daarbij gebruik van de voorgaande oefening en ga niet te snel. Oefen tot uw hond op 1 meter van de prikkel kan komen, zonder dat hij erop reageert. Als dit goed gaat, oefent u stap 3 en 4 opnieuw met een lange lijn van ongeveer 5 meter. Houd de lijn aan het uiteinde vast zodat uw hond meer vrijheid heeft, terwijl u tussentijd toch in kunt grijpen mocht dat nodig zijn.
Stap 5
Als de oefening aan de lange lijn goed gaat, kunt u de lijn nu over de grond laten slepen. Hierdoor heeft uw hond het gevoel dat hij vrij is en kunt u evengoed nog ingrijpen door op de lijn te stappen wanneer het mis dreigt te gaan.
Stap 6
Wanneer uw hond zich goed gedraagt terwijl de lijn achter hem aan over de grond sleept, kunt u ervoor kiezen om de oefening nu zonder lijn te doen. Helaas is het zo dat veel honden onmiddellijk in de gaten hebben wanneer ze niet meer aangelijnd zijn, dus u loopt de kans dat uw hond ongewenst gedrag gaat vertonen.
In dat geval moet u weer een paar stappen terug in de training. Wanneer uw hond direct wegrent wanneer u zijn lijn af doet, kunt u ervoor kiezen om steeds een stukje van de lange lijn af te knippen. Hierdoor houdt u controle over uw hond. Uw hond leert zo dat u voortdurend controle over hem heeft. Uiteindelijk zal uw hond goed naar u luisteren, terwijl er slechts nog een klein stukje of helemaal geen lijn meer aan zijn halsband hangt.
Uw hond heeft het najagen van dieren, mensen of verkeer nu afgeleerd. U gaat nu langzaam de beloningsmomenten afbouwen, waarbij u zeker nog 1 op de 5 keer blijft belonen voor zijn gewenste gedrag. Wanneer u dat niet doet, is de kans groot dat uw terug zal vallen is zijn oude gedrag en dat u opnieuw met de training moet beginnen.
Ik wens u veel succes met het uw hond afleren najagen van dieren, mensen, verkeer. Komt u er toch niet uit of heeft u nog vragen? Wij helpen u graag verder!